In deze sectie wordt beschreven hoe u cilinders programmeert via het geheugen van de programmeertoken op de locatie.

1. Draag een of meer cilinderprogrammeertaken over aan de programmeertoken.
   Zie Inhoud van programmeertoken beheren.
2. U kunt desgewenst uitloggen van iLOQ Manager.
3. Koppel de programmeertoken los van de computer.
4. Ga naar de locatie met de programmeertoken.
5. Sluit de cilinderprogrammeerkabel aan op de programmeertoken.
6. Sluit de cilinder die u wilt programmeren aan op de programmeertoken door de cilinderprogrammeerkabel in de cilinder te plaatsen.

   Wacht totdat de groene status-LED op de Programmer brandt.

7. Verwijder de cilinderprogrammeerkabel uit de cilinder.
8. Indien noodzakelijk, herhaalt u stappen 6-7 totdat de gewenste cilinders zijn geprogrammeerd.
9. Sluit de programmeertaken weer aan op de computer.
10. Log in op iLOQ Manager.
11. Na korte tijd wordt een antwoordbericht weergegeven in de linkerbenedenhoek van iLOQ Manager.

    Wanneer het antwoordbericht is ontvangen, worden de uitgevoerde programmeertaken verwijderd uit het geheugen van de programmeertoken.