Welkom bij iLOQ-ondersteuning

In deze sectie wordt beschreven hoe u audit-trails van sleutels ophaalt in iLOQ Manager.

1. Selecteer Basisgegevens > Lees het gebeurtenislogboek van sleutel.

   

    
2. Ga als volgt verder.

   • Wanneer u te maken hebt met S50 Key Fobs, plaatst u de Key Fob tegen de programmeertoken of op de toegewezen plaats op de programmeeradapter.

   • Wanneer u te maken hebt met S5-sleutels, plaatst u de sleutel tegen de programmeertoken of op de toegewezen plaats op de programmeeradapter.

3. Wacht totdat de audit-trail is opgehaald van de sleutel of Key Fob. Tijdens het ophalen van de audit-trail brandt het oranje lampje op de programmeertoken of de programmeeradapter voortdurend. De audit-trail is ontvangen wanneer een antwoordbericht in de rechterbenedenhoek van iLOQ Manager wordt weergegeven.

4. Verwijder de sleutel uit de programmeertoken of de programmeeradapter.
5. Bekijk de audit-trail van de sleutel in iLOQ Manager.
6. Herhaal deze procedure voor de volgende sleutel indien nodig.

Sleutels hebben een offlinevervaltijd. Wanneer de offlinevervaltijd is verstreken, wordt de sleutel ongeldig. Deze functie zorgt ervoor dat er geen sleutels met verouderde aanmeldgegevens op het veld aanwezig blijven. Dit is een beveiligingsfunctie. Wanneer de beheerder bijvoorbeeld de functie Lege sleutel en Sleutel retourneren gebruikt, zorgt de offlinevervaltijd ervoor dat de gebruiker de Telefoon-app niet offline kan behouden en cilinders niet langer kan gebruiken dan wordt toegestaan door de offlinevervaltijd. Dit gebeurt om te voorkomen dat de sleutel toegang heeft tot cilinders.

De vervaltijd begint als volgt te lopen:

• Wanneer de telefoon met de Telefoonsleutel geen netwerkverbinding meer heeft.

• Key Fobs zijn offlineapparaten en daarom begint de vervaltijd te lopen na elke programmering. De gebruiker kan deze timer resetten door een netwerkverbinding op te zetten via de FobApp-applicatie of via het Programmeerapparaat.

U kunt een standaard offlinevervaltijd afzonderlijk voor Key Fobs en Telefoonsleutels opgeven. De standaardvervaltijd voor sleutels van het systeem wordt, indien in gebruik, voorgesteld bij het maken van een nieuwe sleutel. U kunt de standaardinstellingen voor vervaltijd echter overschrijven door een sleutelspecifieke vervaltijd op te geven.

In deze sectie wordt beschreven hoe u de sleutelspecifieke offlinevervaltijd bewerkt in iLOQ Manager.

1. Selecteer Basisgegevens > Overzicht sleutels.

   

    
2. Selecteer de gewenste sleutel
3. Klik met de rechtermuisknop en selecteer Tijdsbeperkingen bewerken.
   De wizard Bewerk sleutel tijdprofielen wordt geopend.
4. Selecteer Tijdsbeperkingen bewerken.
5. Geef de offlinevervaltijd op.

   De opties zijn:

   • Offlinevervaltijd— De opties zijn:

     • In gebruik — Is de Offlinevervaltijd in gebruik of niet.

     • dagen/uren/minuten — Geef de offlinevervaltijd op in dagen, uren en minuten op. Hiermee geeft u aan hoelang de sleutel offline werkt.

       Opmerking:

       Als de standaard offlinevervaltijd van het systeem in gebruik is, bevat dit veld die tijd. Bewerk dit veld om de sleutelspecifieke offlinevervaltijd op te geven.

6. SelecteerVolgende.
7. Er wordt een overzichtscherm weergegeven
8. Volg de wizard om de procedure te beëindigen.

In deze sectie wordt beschreven hoe u de standaard offlinevervaltijd van de sleutel bewerkt in iLOQ Manager.

1. Selecteer Beheer > Informatie vergrendelingssysteem bewerken.

   

    
2. Selecteer het tabblad Instellingen.
3. Geef de Vervaltijd Key Fob/Vervaltijd telefoonsleutel op.

   De opties zijn:

   • Offlinevervaltijd— De opties zijn:

     • In gebruik — Is de Offlinevervaltijd in gebruik of niet.

     • dagen/uren/minuten — Geef de standaard offlinevervaltijd op in dagen, uren en minuten op. Hiermee geeft u aan hoelang de sleutel offline werkt, tenzij een sleutelspecifieke offlinevervaltijd is opgegeven.

4. Selecteer Opslaan en sluiten.

In deze sectie wordt beschreven hoe u sleutel PIN-codes beheert in iLOQ Manager.

1. Selecteer Basisgegevens > Overzicht sleutels.

   

    
2. Selecteer de gewenste sleutel
3. Rechtsklik en selecteer Wijzig PIN-code.

   De wizard Wijzig Pincode wordt geopend.

4. Selecteer Wijzig PIN-code.
5. Het sleutelselectievenster wordt geopend.
6. SelecteerVolgende.
7. Het venster Wijzig Pincode wordt geopend.

   Selecteer Sleutel PIN-code vereist met behulp van de keuzerondjes. De opties zijn:

   • Geen toegang wanneer PIN-code is vereist — De sleutel heeft geen toegang tijdens de PIN-codetijden van de cilinder.
   • Toegang zonder PIN-code — De sleutel heeft toegang zonder de PIN-code tijdens de PIN-codetijden van de cilinder.
   • Toegang met PIN-code — De sleutel heeft toegang met de PIN-code tijdens de PIN-codetijden van de cilinder. Als u deze optie selecteert, selecteert u dan tevens de instelling Nieuwe PIN-code toevoegen. De opties zijn:
     • Behoud huidige PIN-code voor de sleutel — Alle sleutels hebben een automatisch gegenereerde PIN-code. Selecteer deze optie als u de PIN-code niet wilt wijzigen.
     • Nieuwe PIN-code voor de sleutel — Selecteer deze optie als u de PIN-code wilt wijzigen en iLOQ Manager een nieuwe PIN-code wilt laten genereren.
     • Geef nieuwe PIN-code voor de sleutel— Selecteer deze optie als u de PIN-code handmatig wilt wijzigen of de huidige PIN-code wilt bekijken. Als u deze optie selecteert, worden twee nieuwe velden weergegeven:
       • Huidige code — Dit veld bevat de huidige PIN-code.
       • Nieuwe code — Typ de nieuwe PIN-code voor de sleutel.
8. SelecteerVolgende.
9. Er wordt een overzichtscherm weergegeven
10. Selecteer Gereed.
11. Selecteer Sluiten.

In deze sectie wordt beschreven hoe u een beheerbericht verzendt naar een telefoonsleutel.

1. Selecteer Basisgegevens > Overzicht sleutels.

   

    
2. Selecteer de gewenste sleutel
3. Klik met de rechtermuisknop en selecteer Naar sleutel verzenden > Bericht.

   De wizard Verstuur naar telefoonsleutel wordt geopend.

4. Selecteer Bericht verzenden.
5. Bevestig de selectie van de telefoonsleutel.
6. SelecteerVolgende.
7. Schrijf het bericht.
8. SelecteerVolgende.
9. Er wordt een overzichtscherm weergegeven
10. Selecteer Gereed.

In deze sectie wordt beschreven wat u moet doen wanneer een reeds geprogrammeerde telefoonsleutel opnieuw geactiveerd moet worden.

1. Selecteer Basisgegevens > Overzicht sleutels.

   

    
2. Selecteer de gewenste sleutel
3. Klik met de rechtermuisknop en selecteer Naar sleutel verzenden > Registratieverzoek.

   De wizard Verstuur naar telefoonsleutel wordt geopend.

4. Selecteer Registratiebericht verzenden.
5. Selecteer de telefoon waarnaar het sleutelregistratiebericht moet worden verzonden.
6. SelecteerVolgende.
7. Selecteer waarnaar het sleutelregistratiebericht moet worden verzonden:

   • Stuur het sleutelregistratiebericht naar het huidige telefoonnummer.

   • Stuur het sleutelregistratiebericht naar een ander telefoonnummer.

   • In plaats van het registratiebericht via sms te verzenden, kunt u het registratiebericht ook via e-mail naar een telefoon verzenden.

8. SelecteerVolgende.
9. Er wordt een overzichtscherm weergegeven
10. Selecteer Gereed.

In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u gebruikmaakt van verborgen sleutels in iLOQ Manager. U kunt een sleutel verbergen die niet langer in gebruik is, en die daarom niet kan worden geretourneerd. De sleutel wordt verwijderd uit de sleutelroosterweergave, uit rapportages, etc. De sleutel kan, bijvoorbeeld, een verloren sleutel zijn die op de blocklist is gezet.

In deze sectie wordt beschreven hoe u sleutels verbergt in iLOQ Manager.

1. Selecteer Basisgegevens > Overzicht sleutels.

   

    
2. Selecteer de sleutels die u wilt verbergen.
3. Selecteer Bewerken > Bewerkingsmodus om de bewerkingsmodus in te schakelen.
4. Rechtsklik op een van de geselecteerde sleutels en selecteer Sleutel in lijst verbergen.
5. Er wordt een bevestigingsscherm weergegeven
6. SelecteerJa.
7. Selecteer Bewerken > Bewerkingsmodus om de bewerkingsmodus uit te schakelen.
8. Het systeem vraagt of u de wijzigingen wilt opslaan. Selecteer Ja.

In deze sectie wordt beschreven hoe u verborgen sleutels weergeeft in iLOQ Manager.

1. Selecteer Basisgegevens > Overzicht sleutels.

   

    
2. Klik met de rechtermuisknop op de roosterweergave en selecteer Weergeven > Alleen verborgen items/personen weergeven.
3. Als u wilt terugkeren naar de oorspronkelijke weergave, selecteert u nogmaals Weergeven > Alleen verborgen items/personen weergeven.