iLOQ S10 Locking System heeft drie typen wachtwoorden:
Het hoofdwachtwoord.
U moet een hoofdwachtwoord definiëren voor het vergrendelingssysteem. U hebt het hoofdwachtwoord alleen nodig wanneer u tokens toevoegt of cilinders formatteert. U hebt het hoofdwachtwoord op geen enkel ander moment nodig.
Noteer het hoofdwachtwoord in het document Inloginformatie in de iLOQ-documentatiemap die u samen met de levering aan de klant zult geven. Noteer het hoofdwachtwoord ook in uw eigen documentatie.
Het hoofdwachtwoord:
Moet exact 16 tekens bevatten.
Is hoofdlettergevoelig.
Is het eigendom van de eindklant.
Opmerking:
U kunt het hoofdwachtwoord achteraf niet wijzigen.
Het beheerderswachtwoord.
U moet een beheerderswachtwoord definiëren voor elke beheerder van het vergrendelingssysteem.
Het beheerderswachtwoord:
Moet ten minste 6 tekens bevatten.
Is hoofdlettergevoelig.
Het beheerderswachtwoord van de networkmodule.
U moet een beheerderswachtwoord definiëren voor ten minste één netwerkmodule. Andere netwerkmodules kunnen dit wachtwoord delen.
In deze sectie wordt beschreven hoe u inloggen met een token forceert.
Wanneer een nieuw iLOQ S10 Locking System wordt geleverd, kan de Admin-beheerder inloggen op het systeem zonder gebruik te maken van een token. Dit is noodzakelijk, omdat een nieuw systeem geen tokens bevat.
Wanneer u echter het systeem implementeert en tokens toevoegt, kunt u voorkomen dat beheerders inloggen op het systeem zonder een token te plaatsen in de socket van iLOQ Programmer. Hierdoor wordt de beveiliging van het systeem verbeterd.
Ga als volgt verder.
Selecteer Beheer > Overzicht beheerders.
Selecteer de Admin-beheerder.
Rechtsklik met de muis op de Admin-beheerder.
Selecteer Gebruiksrechten bewerken.
De wizard Bewerking van gebruiksrechten wordt geopend.
Selecteer Gebruiksrechten bewerken.
Zorg dat het veld Token leeg is.
Selecteer Volgende.
Verwijder alle gebruiksrechten van de Admin-beheerder.
Selecteer Volgende.
Selecteer OK.
Nu kan de beheerder niet inloggen op het systeem zonder een token.
In deze sectie wordt beschreven hoe u plattegronden toevoegt aan iLOQ S10 Locking System.
Plattegronden zijn PDF- of afbeeldingsbestanden die de kamer- en deurlay-out weergeven voor de gebouwen waar iLOQ S10 Locking System wordt geïmplementeerd.
De ondersteunde bestandstypen zijn:
PDF
De meeste gebruikelijke afbeeldingsbestandtypen
Opmerking:
DWG-bestanden worden niet ondersteund.
Opmerking:
Verplichte velden zijn gemarkeerd met een asterisk (*).
Ga als volgt verder.
Selecteer Basisgegevens > Plattegronden.
Selecteer Plattegrond toevoegen.
De wizard Importeren van plattegrond wordt geopend.
Selecteer Importeren nieuwe plattegrond.
Klik op de knop ... en selecteer het bestand dat de plattegrond bevat.
Selecteer Openen.
Selecteer Volgende.
De volgende opties zijn afhankelijk van het bestandstype van de afbeelding.
Als uw plattegrond een PDF-bestand is, gaat u als volgt te werk:
Selecteer het Paginanummer van de pagina die de plattegrond bevat.
Selecteer de gewenste Resolutie voor de geïmporteerde afbeelding.
Als uw plattegrond een afbeeldingsbestand is in, bijvoorbeeld, de PNG-indeling, gaat u als volgt te werk:
Controleer of de afbeelding eruitziet zoals gepland in het voorbeeld.
Selecteer Volgende.
Controleer de bestandsgrootte van de afbeelding in het veld Grootte.
Als de bestandsgrootte 1 MB overschrijdt, gaat u als volgt te werk:
Selecteer Terug.
Selecteer een afbeelding met een kleinere bestandsgrootte, of, in het geval van een PDF-bestand, reduceer de Resolutie voor de geïmporteerde afbeelding.
Selecteer Volgende.
Geef de plattegrond een naam.
Selecteer Volgende.
Er wordt een overzichtscherm weergegeven
Selecteer Gereed.
Selecteer Sluiten.
De afbeelding wordt geüploaded naar de server.
Controleer of de afbeelding scherp genoeg wordt weergegeven.
Als de afbeelding niet scherp genoeg wordt weergegeven, vervangt u de afbeelding.
In deze sectie wordt beschreven hoe u toegangsrechten toevoegt aan iLOQ S10 Locking System.
Maak de toegangsrechten aan op basis van de vergrendelingsplattegrond die is samengesteld in samenwerking met de eindklant.
Opmerking:
Maak de toegangsrechtgroepen één voor één aan. Raadpleeg sectie Toegangsrechten.
Als u cilinderspecifieke, individuele toegangsrechten wilt aanmaken, maakt u deze aan via een batchbewerking nadat u de cilinders hebt toegevoegd, maar nog niet hebt geprogrammeerd. Raadpleeg sectie Individuele toegangsrechten toevoegen aan cilinders.
Opmerking:
Verplichte velden zijn gemarkeerd met een asterisk (*).
Ga als volgt verder.
Selecteer Extra gegevens > Overzicht toegangsrechten.
Selecteer Toegangsrecht toevoegen.
De wizard Toevoegen van toegangsrecht wordt geopend.
Selecteer Toegangsrecht toevoegen.
Geef het toegangsrecht een naam.
Tip:
Gewoonlijk wordt het eerste toegangsrecht toegewezen aan het hele gebouw, en wordt het bijvoorbeeld "Hoofdtoegang" genoemd.
Voer een beschrijving in voor het toegangsrecht. Bijvoorbeeld, "Toegang tot alle gebouwen".
Selecteer of een voorwaardelijke toegang wordt toegewezen aan het toegangsrecht door het selectievakje Voorwaardelijke toegang actief te selecteren of te deselecteren.
Voor meer informatie over voorwaardelijke toegangsrechten, raadpleegt u sectie Toegangsrechten.
Voer een gedetailleerdere beschrijving in voor het voorwaardelijke toegangsrecht.
Selecteer of het toegangsrecht standaard wordt toegevoegd aan nieuwe cilinders door het selectievakje Altijd aan nieuwe cilinder toevoegen in- of uit te schakelen.
Tip:
Als u een toegangsrecht voor een hoofdsleutel aanmaakt, kiest u Ja. Op deze manier vergeet u nooit om het toegangsrecht toe te voegen aan nieuwe cilinders. In overige gevallen, selecteert u de waarde op basis van de vergrendelingsplattegrond.
Selecteer de zichtbaarheid voor het toegangsrecht.
Voor meer informatie over de zichtbaarheid van het toegangsrecht, raadpleegt u sectie Toegangsrechten.
Selecteer Volgende.
Selecteer of het toegangsrecht een toegangsrecht met versie is, of niet.
Voor meer informatie over toegangsrechten met versie, raadpleegt u sectie Toegangsrechten.
U hebt niet de feitelijke fysieke cilinders nodig wanneer u sleutels toevoegt aan iLOQ S10 Locking System. U kunt de cilinders definiëren en deze in een latere fase koppelen aan de fysieke cilinders.
Opmerking:
Verplichte velden zijn gemarkeerd met een asterisk (*).
Selecteer met uw muis de deur waarin de cilinder wordt bevestigd.
Rechtsklik en selecteer Cilinder > Cilinder toevoegen (Ctrl+N).
De wizard Cilinder toevoegen wordt geopend.
Selecteer Cilinder toevoegen.
Definieer de cilinderinstellingen als volgt:
Locatie — Locatie verwijst naar het deur- of kamernummer van de cilinder dat is vermeld op de plattegrond.
Toenaderingsrichting — Toenaderingsrichting verwijst naar de richting vanwaaruit de cilinder wordt geopend, als de deur is uitgerust met een dubbelzijdige cilinder.
Vergrendelingsdoel — Vergrendelingsdoel biedt een gedetailleerdere beschrijving van de kamer of gebouwen waartoe de cilinder toegang verschaft. Het vergrendelingsdoel kan bijvoorbeeld "Hoofdingang" of "Technische ruimte" zijn.
Cilinder — Cilinder verwijst naar het cilindertype. Selecteer het type in de keuzelijst, of voer het type handmatig in.
Klok geïnstalleerd — Selecteer Klok geïnstalleerd als de cilinder een klokcircuit bevat. Als de geselecteerde Cilinder een klok bevat, wordt Klok geïnstalleerd automatisch geselecteerd.
Cilindertype — Selecteer het Cilindertype:
Normaal, de cilinder is een offline ciinder.
Netwerk, de cilinder is een online cilinder die is verbonden met een netwerkmodule.
Selecteer Volgende.
Voer de benodigde extra informatie in.
De velden zijn:
Deurtype — Deurtype verwijst naar het type deur waarin de cilinder wordt bevestigd.
Sleutelgatplaatje — Sleutelgatplaatje verwijst naar het afdekplaatje rond het sleutelgat in de deur.
Cilindermodel — Cilindermodel verwijst naar het model cilinderbehuizing.
Cilindertoevoeging — Cilindertoevoeging verwijst naar de toevoeging die wordt toegevoegd aan de nieuwe cilinder.
Deurdikte — Deurdikte verwijst naar de dikte van de deur waarin de cilinder wordt bevestigd.
Diepte van slotbehuizing (mm) — Diepte van slotbehuizing (mm) geeft de diepte van de slotbehuizing aan.
Openingsrichting — Openingsrichting geeft de deuropeningsrichting aan.
Opmerking — Opmerking verwijst naar extra informatie over de cilinder of de deur.
Overige apparatuur — Overige apparatuur verwijst naar overige apparatuur die betrekking heeft op de cilinder of de deur.
Voorwaardelijke toegang — Dit selectievakje geeft aan of de cilinder is verbonden met een apparaat dat voorwaardelijke toegang controleert.
Beschrijving van de voorwaardelijke toegang — Voeg in dit veld een beschrijving van de voorwaardelijke toegang toe. U kunt bijvoorbeeld het apparaat beschrijven dat de voorwaardelijke toegang controleert.
Selecteer Volgende.
Selecteer de toegangsrechten voor de cilinder.
Het standaardtoegangsrecht wordt automatisch toegevoegd voor de cilinder.
Selecteer of de cilinder al dan niet tijdsbegrensd is.
Opmerking:
Als een sleutel tijdsbegrensd is, maar de cilinder niet, functioneert de sleutel onafgebroken.
In deze sectie wordt beschreven hoe u een nieuwe persoon toevoegt aan iLOQ S10 Locking System.
Opmerking:
Verplichte velden zijn gemarkeerd met een asterisk (*).
Ga als volgt verder.
Selecteer Basisgegevens > Overzicht personen.
Selecteer Persoon toevoegen.
De wizard Toevoegen van een persoon wordt geopend.
Selecteer Basisgegevens van een persoon toevoegen.
Voer als volgt persoonlijke informatie in:
Achternaam — Voer in het veld Achternaam de achternaam van de persoon in.
Voornaam — Voer in het veld Voornaam de voornaam van de persoon in.
Bedrijf/Afdeling — Voer in het veld Bedrijf/Afdeling de naam in van het bedrijf of de afdeling waar de persoon werkt.
Titel — Voer in het veld Titel de titel in van de persoon.
Identificatie — Voer in het veld Identificatie het bedrijfs-ID-nummer van de persoon in.
Einddatum van een dienstbetrekking — Voer de einddatum in van de dienstbetrekking van de persoon. Deze datum wordt automatisch ingesteld voor de sleutel van de persoon als de Vervaldatum.
Selecteer Volgende.
Voer als volgt contactinformatie in:
Adres — Voer in het veld Adres het adres in van de persoon.
Postcode en postkantoor — Voer in het veld Postcode en postkantoor de postcode en het postkantoor van de persoon in.
Land — Voer in het veld Land het land in waar de persoon woont.
Telefoon 1/2/3 — Voer in de telefoonvelden de telefoonnummers van de persoon in.
E-mail — Voer in het veld E-mail het e-mailadres in van de persoon.
Externe ID — Voer de ID van de persoon in een extern systeem in. Deze ID wordt alleen gebruikt voor Application Programming Interface-communicatie (API).
Beschrijving — Voer in het veld Beschrijving een beschrijving in van de persoon.
In deze sectie wordt beschreven hoe u sleutels toevoegt aan iLOQ S10 Locking System.
Opmerking:
U hebt niet de feitelijke fysieke sleutels nodig wanneer u sleutels toevoegt aan iLOQ S10 Manager. U kunt de sleutels definiëren en deze in een latere fase koppelen aan de fysieke sleutels.
Opmerking:
Verplichte velden zijn gemarkeerd met een asterisk (*).
Ga als volgt verder.
Selecteer Basisgegevens > Overzicht sleutels.
Selecteer Sleutel toevoegen.
De wizard Sleutel toevoegen wordt geopend.
Selecteer Sleutel toevoegen.
Geef de sleutel een naam in het veld De naam/beschrijving van de sleutel.
Tip:
Gebruik bijvoorbeeld de naam "Hoofdsleutel" of "Medewerker".
Indien noodzakelijk, voert u in het veld Geplande retourdatum de geplande retourdatum in.
Selecteer Volgende.
Indien noodzakelijk, selecteert u de persoon aan wie de sleutel wordt overhandigd.
Tip:
Als de gewenste persoon niet staat vermeld op de persoonlijst, kunt u een nieuwe persoon aanmaken door te rechtsklikken en Nieuwe persoon toevoegen te selecteren.
Selecteer Volgende.
Selecteer de toegangsrechten voor de sleutel
Selecteer het gewenste toegangsrecht in de lijst aan de linkerkant. Selecteer, bijvoorbeeld, "Hoofdtoegangsrecht" voor de "Hoofdsleutel".
U kunt als volgt de selectie van toegangsrechten beheren met de pijlknoppen:
— Klik op de knop Pijlen Rechts om alle items te verplaatsen naar de selectielijst.
— Klik op de knop Pijl Rechts om de geselecteerde items te verplaatsen naar de selectielijst.
— Klik op de knop Pijl Links om de geselecteerde items te verwijderen uit de selectielijst.
— Klik op de knop Pijl Rechts om alle items te verwijderen uit de selectielijst.
Indien nodig, stelt u de sleutel in als tijdbegrensd door Bepaal tijdsbeperkingen te selecteren.
U kunt als volgt twee verschillende tijdgrenzen definiëren:
Startdatum of Weekkalender voor de eerste tijdsbegrenzing.
Sleutel is geldig tot of Weekkalender voor de tweede tijdsbegrenzing.
Opmerking:
Wanneer u de tijdgrenzen definieert, definieert u de tijden waarop de sleutel is ingeschakeld.
De opties zijn:
Niet in gebruik — Als u dit keuzerondje selecteert, is de sleutel niet tijdbegrensd. De sleutel is altijd ingeschakeld.
Startdatum — Als u dit keuzerondje selecteert, is de sleutel tijdbegrensd op cilinders waarvoor tijdsbegrenzing 1 is ingeschakeld. De sleutel is ingeschakeld vanaf de datum en tijd die u hebt gedefinieerd in de datum- en tijdvelden.
Weekkalender — Als u dit keuzerondje selecteert, is de sleutel tijdbegrensd op cilinders waarvoor tijdsbegrenzing 1 is ingeschakeld. De sleutel is ingeschakeld op de wekelijkse tijden die u hebt gedefinieerd in de kalender.
Sleutel is geldig tot — Als u dit keuzerondje selecteert, is de sleutel tijdbegrensd op cilinders waarvoor tijdsbegrenzing 2 is ingeschakeld. De sleutel is ingeschakeld tot de datum en tijd die u hebt gedefinieerd in de datum- en tijdvelden.
Weekkalender — Als u dit keuzerondje selecteert, is de sleutel tijdbegrensd op cilinders waarvoor tijdsbegrenzing 2 is ingeschakeld. De sleutel is ingeschakeld op de wekelijkse tijden die u hebt gedefinieerd in de kalender.
Tip:
Als u een tijdgrens van de ene dag op de andere wilt definiëren, zoals van maandag 18.00 uur tot dinsdag 07.00 uur, stelt u de starttijd in in het starttijdveld, en de eindtijd in het eindtijdveld. Als de starttijd later is dan de eindtijd, stelt het systeem om middernacht automatisch de wijziging van dag in.
Tip:
U kunt een kalendervoorbeeld met de gedefinieerde tijdgrenzen bekijken door te klikken op de knop Voorbeeld.
Selecteer Volgende.
Selecteer het aantal aan te maken sleutels.
Selecteer Volgende.
Selecteer hoe u verder wilt gaan.
De opties zijn:
Laat sleutel in planningsstatus — Selecteer Laat sleutel in planningsstatus als u de sleutel in de planningsstatus wilt laten staan, en verder wilt gaan met het plannen van het vergrendelingssysteem zonder, bijvoorbeeld, fysieke sleutels te programmeren.
Sleutel autoriseren — Sleutels moet worden geautoriseerd, voordat deze kunnen worden geprogrammeerd. Autoriseren maakt een programmeertaak aan voor de sleutel, voor latere programmering. Voor meer informatie, raadpleegt u Sleutels en Sleutels autoriseren.
Sleutel autoriseren en programmeren — Selecteer Sleutel autoriseren en programmeren om een programmeertaak te autoriseren, en om de sleutel onmiddellijk te programmeren. Voor meer informatie, raadpleegt u Sleutels programmeren.
Sleutel autoriseren, programmeren en overhandigen — Selecteer Sleutel autoriseren, programmeren en overhandigen om onmiddellijk een programmeertaak te autoriseren, de sleutel te programmeren en de sleutel te overhandigen aan een persoon.
Selecteer Volgende.
Er wordt een overzichtscherm weergegeven
Selecteer optioneel of u een sleuteloverhandigingsdocument wilt afdrukken.
Met de iLOQ Network Module kunnen cilinders en sleutels op afstand worden geprogrammeerd via internet. Door gebruik te maken van de iLOQ Network Module, hoeft u niet naar de cilinder te reizen die is gekoppeld aan een netwerkmodule om de cilinder te programmeren.
In de afbeelding hieronder wordt het werkingsprincipe van de iLOQ Network Module weergegeven.
Er zijn vier typen netwerkmodules:
Net bridge — Net bridge is verbonden met een aantal deurmodules. Het verzoekt de server om taken die gerelateerd zijn aan de deurmodules, en de cilinders die zijn verbonden met de modules. De cilinders verkrijgen de tijd via Net bridge.
Net bridge maakt deel uit van de iLOQ S10 Online productreeks.
Net box — Net box is verbonden met een aantal cilinders, en verzoekt de server om taken die gerelateerd zijn aan die cilinders. De cilinders verkrijgen de tijd via Net box.
Net Box pollt de server met intervallen van een uur, en controleert of er wijzigingen zijn aangebracht aan de instellingen en of er cilinderprogrammeertaken in de wachtrij staan. Indien noodzakelijk kunt u het programmeren onmiddellijk uitvoeren door een van de sleutels van het vergrendelingssysteem in de hotspot voor sleutelprogrammering te plaatsen. In dit geval pollt de netwerkmodule de server onmiddellijk.
Het is ook mogelijk om Net Box zodanig te configureren dat wijzigingen onmiddellijk van de server naar de netwerkmodule worden verzonden. Dit vereist bepaalde maatregelen op het netwerk van de klant (zoals een firewallprotocol).
Via Net box kunt u op afstand het volgende doen:
De toegangsrechten van een cilinder wijzigen.
De audit-trail van een cilinder ophalen.
Een verloren sleutel op de blacklist zetten.
Twee relais-outputs controleren. U kunt gebruikmaken van de relais-outputs voor het bedienen van relais voor verschillende doeleinden. U kunt bijvoorbeeld schema's aanmaken voor de via een relais verbonden motorcilinders. Op deze manier kunt u overdag op weekdagen toegang tot gebouwen toestaan zonder sleutel, en de deuren 's nachts en in de weekenden afgesloten houden.
Het is echter niet mogelijki om cilinders incidenteel te resetten, of om de initiële programmering van cilinders uit te voeren via Net box.
Als er een hotspot voor sleutelprogrammering verbonden is met Net box, kunt u ook het volgende doen:
De toegangsrechten van een sleutel wijzigen.
De tijdsbegrenzingen van een sleutel wijzigen.
Een bestaande sleutel converteren naar een vervangingssleutel.
Sleutelplanner — Sleutelplanner is een robot waarmee u de volgende taken automatisch kunt uitvoeren:
Einddatums van sleutels wijzigen binnen een gedefinieerd tijdsinterval.
Het versienummer van een toegangsrecht verhogen binnen een gedefinieerd tijdsinterval.
Als er een hotspot voor sleutelprogrammering verbonden is met de Sleutelplanner, kunt u ook het volgende doen:
De toegangsrechten van een sleutel wijzigen.
De tijdsbegrenzingen van een sleutel wijzigen.
Een bestaande sleutel converteren naar een vervangingssleutel.
Station op afstand — Station op afstand is een handige manier om iLOQ S10 Locking System centraal te beheren, maar de offline cilinderprogrammeertaken te distribueren in het veld.
In de praktijk is Station op afstand een vergrendelde box die het volgende bevat:
Geïnitialiseerde sleutels die op afstand in gebruik genomen kunnen worden.
De Programmer voor het programmeren van de offline cilinders en, uiteraard, sleutels, op afstand.
Groen lampje brandt: de apparaatinstellingen zijn correct en de verbinding met de server is met succes getest.
Oranje lampje brandt: de netwerkmodule probeert een verbinding tot stand te brengen of er is een actieve verbinding met de server tot stand gebracht. Gegevens worden bijgewerkt naar de netwerkmodule, of de netwerkmodule pollt de server met betrekking tot programmeertaken.
Rood lampje brandt: de netwerkmodule kan geen verbinding met de server tot stand brengen, of de instellingen ontbreken.
ST2
Status 2
Blijft knipperen als een hoofdtoken niet is verbonden met de netwerkmodule.
Groen lampje brandt: een hoofdtoken is verbonden.
L0, L1, L2, L3, L4, L5
De cilinder-LED's (1-6)
Groen lampje brandt: er is een cilinder verbonden met de netwerkmodule.
Kleursequentie tijdens het lezen van het logboek van een cilinder: rood → oranje → knipperend groen.
Kleursequentie tijdens het programmeren van een cilinder: rood → oranje → groen.
K1, K2, K3, K4
Controledoorgifte-LED's
Groen lampje brandt: de controledoorgifte is actief.